We worden steeds opener over seksualiteit, genderidentiteit en welke pronouns wij mee worden aangesproken. Hiermee willen we minder in hokjes denken. Er zijn een hoop woorden en termen om de verschillende vormen te beschrijven. Weet jij waar alles voor staat en wat de betekenis is van die term?
‘LHB’ is een vrij bekende term. L staat voor lesbisch – vrouwen die op vrouwen vallen, H voor homoseksueel – mannen die op mannen vallen en B voor biseksueel – als je op zowel hetzelfde als op het andere geslacht valt. Echter, vanwege de binaire denkwijze hierin waarbij er vooral naar het man-vrouw aspect wordt gekeken, zijn er ook andere letters toegevoegd aan dit rijtje.
De ‘T’ staat voor transgender of transpersoon. Dit is iemand die zich voelt als iemand van het andere geslacht dan het biologische geslacht bij de geboorte. Transgenders kunnen zich bijvoorbeeld kleden volgens het geslacht waarbij ze zich goed voelen, of daarbij ook een geslachtsoperatie ondergaan. De ‘T’ kan bij het alleen kleden als het niet biologische geslacht ook staan voor Travestie. Hier hebben wij al eerder over geschreven op Bedmanieren.nl.
‘Q’ staat voor queer, oftewel genderqueer en wordt ook gebruikt als een paraplu term. De term queer wordt gebruikt door mensen die zich niet als heteroseksueel of cisgender identificeren. Vaak wordt het ook gebruikt om te benadrukken dat seksualiteit en genderidentiteit niet altijd een ‘kant en klaar’ gegeven is. De ‘Q’ kan ook staan voor questioning, waarbij iemand niet zeker is van hun seksuele gerichtheid en/of genderidentiteit.
De ‘I’ in het rijtje staat voor interseksueel. Iemand die zich als interseksueel identificeert, kan geboren zijn met zowel mannelijke als vrouwelijke geslachtskenmerken (ook wel hermafrodiet genoemd) of zich emotioneel identificeren met beide geslachten.
Aseksueel, oftewel aseksualiteit, geduid door de ‘A’, houdt in dat iemand geen seksuele gevoelens of aantrekkingskracht ervaart. Deze personen kunnen wel verliefd worden, het gaat puur om het ontbreken van seksuele gevoelens. Meer over aseksualiteit weten? Lees hier verder!
Dan is de ‘P’ aan de beurt. Deze staat voor panseksueel. Panseksuelen kijken überhaupt niet naar het geslacht, maar naar de persoon. Het gaat verder dan gender of geslacht en laat de binaire denkwijze achterwege. Ook hierover kun je meer lezen in een eerdere blog.
En dan de ‘+’. Deze geeft aan dat er uiteraard veel meer termen zijn die in dit rijtje thuishoren of nog geduid moeten worden. Hierbij een aantal van die termen die niet in het rijtje staan, maar die wij ook in de praktijk regelmatig tegenkomen.
Cisgender is een nog redelijk onbekende term. Iemand die cisgender is, is iemand die zich goed voelt bij het biologische geslacht en zich ook zo uit. Daarnaast is er ook nog de term genderfluid. Iemand die zich hiermee identificeert, kan zich de ene dag meer het ene geslacht voelen dan de andere dag en zich hier bijvoorbeeld ook naar kleden. Een andere term wat in dit rijtje past is iemand die zich non-binair voelt en/of uit. Een non-binair persoon wil graag aangesproken met hen/hun (they/them) en uit zich niet als man of vrouw.
Androgynie sluit aan bij de term interseks. Androgyn betekent een tweeslachtig persoon. Dit kan biologisch zijn (hermafrodiet of interseks) maar kan zich ook uiten in hoe iemand zich voelt of uit. Personen die zich identificeren met androgynie voelen zich geen man of vrouw, of kunnen zich juist zowél man als vrouw voelen.
Dan hebben we nog sapioseksueel. Iemand die sapioseksueel is, voelt zich met name aangetrokken tot de intelligentie van een ander, ongeacht het uiterlijk, emoties, overeenkomsten of gender van een persoon. Het is vergelijkbaar met panseksualiteit, maar dan vooral gericht op iemands intelligentie.
Er zullen vast nog meer termen zijn die in deze rij thuishoren. Welke ken jij en welke zou jij nog willen toevoegen? Voor nog meer informatie over gender, genderidentiteit en geslacht kun je hier verder lezen over het zogenaamde Genderbread person.